U kunt vierkanten en rechthoeken tekenen.
|
1 |
Kies op de werkbalk Gereedschappen het gereedschap Rechthoek |
Opmerking: Als u de rechthoek of het vierkant op de huidige vectorlaag wilt maken, schakelt u het selectievakje Op vector maken in op het palet Opties voor gereedschap. Als er geen vectorlaag bestaat, wordt er een gemaakt voor de rechthoek of het vierkant wanneer u dit selectievakje inschakelt. Als dit selectievakje niet is ingeschakeld, wordt de rechthoek of het vierkant op een rasterlaag geplaatst. U kunt een rechthoek of vierkant gemakkelijker bewerken wanneer deze op een vectorlaag is geplaatst.
|
2 |
Klik op het palet Materialen in het vak Eigenschappen van achtergrond en vulling en kies een vulkleur. |
|
3 |
Klik in het vak Eigenschappen van voorgrond en streek en kies een omtrekkleur. |
Als u de tekenpunten van de vorm wilt weergeven, schakelt u het selectievakje Tekenpunten weergeven in.
|
6 |
Klik op de knop Toepassen |
|
Het bereik voor de hoeken van het object instellen |
Geef waarden op in de besturingselementen Horizontaal bereik en Verticaal bereik. |
|
Kies een optie in de vervolgkeuzelijst Lijnstijl en geef een waarde op in het besturingselement Breedte naast de vervolgkeuzelijst. |
|
|
Schakel het selectievakje Anti-alias in. |
|
|
De manier veranderen waarop de lijnsegmenten samenkomen |
Kies een optie in de vervolgkeuzelijst Hoekpunt. Als u Verstekhoek kiest, kunt u ook een waarde opgeven in het besturingselement Versteklimiet. |
|
Schakel het selectievakje Tekenpunten weergeven in. Typ of stel waarden in voor de besturingselementen Breedte en Hoogte. |
|
|
Schakel het selectievakje Tekenpunten weergeven in. Geef waarden op in de besturingselementen Links en Boven. |
U kunt de instellingen opslaan als een voorinstelling. Zie voor meer informatie Voorinstellingen gebruiken en maken.
Copyright 2012 Corel Corporation. Alle rechten voorbehouden. Juridische kennisgeving.