In het Werkvlak bewerken worden de linialen als standaard weergegeven. U kunt een liniaal in pixels, inches of centimeters kiezen, de kleur van de linialen wijzigen of ze verbergen.
Een raster is een reeks van horizontale en verticale lijnen die over een afbeelding worden gelegd. Met behulp van rasterlijnen kunt u afbeeldingselementen beter plaatsen. U kunt rasters weergeven of verbergen en voorkeuren instellen voor de afstand en de weergave van rasters. Wanneer u rasters weergeeft, zijn deze zichtbaar in alle geopende afbeeldingsvensters.
Hulplijnen zijn horizontale of verticale lijnen die u over een afbeelding plaatst. Terwijl linialen worden weergegeven, sleept u hulplijnen op de afbeelding als hulp bij precisiewerk, zoals bijsnijden, verplaatsen van afbeeldingselementen, selecties, en de plaatsing van tekst en penseelstreken. Een raster bestaat uit een reeks horizontale en verticale lijnen met vaste tussenruimten, maar hulplijnen kunt u plaatsen waar het u uitkomt.
Met de uitlijningsfuncties kunt u uw penseelstreken en afbeeldingselementen precies uitlijnen op de dichtstbijzijnde raster- of hulplijn. De aantrekkingskracht is de afstand (in pixels) waarbij een element wordt uitgelijnd op een hulplijn of raster. Het middelpunt van een item zal uitgelijnd worden op een hulplijn of rasterpunt als het middelpunt het deel is dat zich het dichtst bij een rasterpunt of hulplijn bevindt.
|
|
Open het menu Beeld en selecteer een van de volgende opties: |
U moet eerst linialen weergeven voordat u hulplijnen naar de afbeelding kunt slepen.
|
1 |
Kies Bestand |
Het dialoogvenster Voorkeuren wordt geopend.
|
2 |
Kies Eenheden in de lijst. |
|
3 |
Kies in het groepsvak Linialen een optie in de vervolgkeuzelijst Eenheden. |
|
|
Zwart op wit — hiermee worden zwarte rastermarkeringen en getallen weergegeven op een witte achtergrond. |
|
|
Kleuren werkbalk — hiermee worden zwarte rastermarkeringen en getallen weergegeven op een achtergrondkleur die wordt gebruikt in werkbalken en paletten |
|
5 |
Klik op OK. |
|
1 |
Kies Beeld |
Het dialoogvenster Eigenschappen Raster, Hulplijn en Uitlijnen wordt geopend.
|
2 |
Klik op het tabblad Raster. |
In het groepsvak Standaardinstellingen ziet u de standaardinstellingen voor het raster. Het groepsvak Instellingen huidige afbeelding bevat instellingen voor het raster in de huidige afbeelding.
|
3 |
Typ of geef een waarde op in het vak Horizontale rasters als u de afstand wilt instellen tussen de horizontale rasterlijnen (vanaf de bovenkant van de afbeelding). |
|
4 |
Typ of geef een waarde op in het vak Verticale rasters als u de afstand wilt instellen tussen de verticale rasterlijnen (vanaf de linkerkant van de afbeelding). |
|
5 |
|
6 |
Klik op OK. |
|
Klik in het vak Kleur en kies een kleur uit het kleurenpalet. |
|
|
De aantrekkingskracht van raster- of hulplijnen instellen |
Typ of geef een waarde op in het besturingselement Aantrekkingskracht. |
|
1 |
Als de linialen niet worden getoond, kies dan Beeld |
|
2 |
Kies Beeld |
|
|
Als u een horizontale hulplijn wilt plaatsen, klikt u op de bovenste liniaal en sleept u een hulplijn naar de positie. |
|
|
Als u een verticale hulplijn wilt plaatsen, klikt u op de linkse liniaal en sleept u een hulplijn naar de positie. |
Terwijl u een hulplijn versleept, wordt op de statusbalk de positie (in pixels) van de hulplijn vermeld.
Het dialoogvenster Eigenschappen van hulplijn wordt geopend.
|
5 |
Typ of stel een waarde in voor Positie hulplijn. |
|
6 |
Klik op OK. |
Het dialoogvenster Eigenschappen Raster, Hulplijn en Uitlijnen wordt geopend.
|
2 |
Klik in op het tabblad Hulplijnen het vak Kleur en kies een kleur uit het kleurenpalet. |
|
3 |
Klik op OK. |
|
1 |
Kies Beeld |
Het dialoogvenster Eigenschappen Raster, Hulplijn en Uitlijnen wordt geopend.
|
2 |
Klik op de tab Hulplijnen. |
In het groepsvak Standaardinstellingen ziet u de standaardinstellingen voor hulplijnen. Het groepsvak Instellingen huidige afbeelding bevat instellingen voor de hulplijnen in de huidige afbeelding.
|
3 |
Klik in het groepsvak Standaardinstellingen op het vak Kleur en kies een kleur in het kleurenpalet. |
Als u een onlangs gebruikte kleur wilt gebruiken, klikt u met de rechtermuisknop op het vak Kleur en kiest u een kleur in het dialoogvenster Recente kleuren.
|
4 |
Typ of geef een waarde op in het besturingselement Aantrekkingskracht als u de afstand in pixels wilt opgeven waarop een item wordt uitgelijnd met de hulplijn. |
|
5 |
Klik op OK. |
Opmerking: U moet de opdracht Uitlijnen op hulplijnen in het menu Beeld kiezen.
|
1 |
Kies Beeld |
|
2 |
Klik op de tab Hulplijnen. |
|
3 |
Schakel het selectievakje Hulplijnen verwijderen in. |
|
5 |
Klik op OK. |
U kunt ook de hendel van een hulplijn slepen totdat de hulplijn zich buiten het afbeeldingsgebied bevindt, of met de rechtermuisknop klikken op een hulplijnhendel en vervolgens klikken op Verwijderen in het dialoogvenster Eigenschappen van hulplijn.
|
|
Kies in het menu Beeld een van de volgende opties: |
Copyright 2012 Corel Corporation. Alle rechten voorbehouden. Juridische kennisgeving.